Column 18

Zorgcentra | 2014
Schilderij Ode aan de broek Bert Kinderdijk collectie Gemeente Soest en Het vertrek Bert Kinderdijk BK Particuliere collectie
afb: Schilderij Ode aan de broek, Bert Kinderdijk | Collectie Gemeente Soest en, Het vertrek, Bert Kinderdijk BK | Particuliere collectie
Friso was, samen met zijn broer Constantijn, erevoorzitter van het Prins Claus Fonds voor Cultuur en Ontwikkeling. Hij geloofde sterk in de drie-eenheid: cultuur, onderwijs en technologie omdat je door ontwikkeling een beter en completer mens kan worden. Hij was een man van 44 jaar met vrouw en kinderen en belangrijk voor de familie. Volgens de berichten was hij een goede luisteraar met een onderkoeld gevoel voor humor. Maar hij was ook de middelste van drie broers. Middelste kinderen hebben een bijzondere plaats in het gezin. Ze vinden al snel uit hoe de karakters van de anderen in elkaar zitten en leren op een adequate manier aandacht te trekken en goed te onderhandelen. Ze houden vaak rekening met mensen, oordelen niet zo snel en treden de wereld open tegemoet.
Middelste kind Friso was met zijn ouders en zijn broers gelukkig op Drakensteyn. Claus timmerde raceauto’s voor zijn zonen en Beatrix boetseerde een beeld van een peuter die zijn hoofd op de grond legt; Friso’s hoofd was hem vaak zwaar te moede. Vanuit Drakensteyn gingen de jongens in Baarn naar school. Het was een klierig stel bij elkaar zoals wij zo vaak op tv hebben kunnen zien. Bij de geboorte van prins Willem-Alexander in 1967 haalde mijn moeder haar drie dochters uit bed en plantte die voor de televisie; dat was een belangrijk moment, vond zij, de baby zou later onze koning worden en….hij is nu ook haar koning. Mijn ouders namen ons in die tijd regelmatig mee naar de Lage Vuursche om pannenkoeken te gaan eten en bij Drakensteyn door het hek te kijken, maar we zagen nooit een prins.
Het is 17 februari 2012 en ik ben op weg naar een zorgcentrum in de Betuwe. Voor een werkgever in beroepsgerichte ontwikkeling bezoek ik zorginstellingen in Midden Nederland om te vertellen over de BIG-herregistratie voor verpleegkundigen in 2014. De Wet BIG, Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg, beschermt patiënten tegen ondeskundig en onzorgvuldig handelen door zorgverleners. Zonder registratie is de verpleegkundige onbevoegd voor het uitvoeren van de werkzaamheden en heeft de werkgever een probleem. In de VVT-sector (Verpleegkundigen, Verzorgenden, Thuiszorg) werkt een grote groep verpleegkundigen in een andere functie, bijvoorbeeld als opleider of verzorgende. Zij kunnen zich niet zomaar laten herregistreren als verpleegkundige en ze missen vaak ook de juiste bevoegd- en bekwaamheden om hun huidige werkzaamheden te mogen uitoefenen. Hoe gaan instellingen hiermee om? Wat is de weg naar voldoende en gekwalificeerd personeel nu en in de toekomst?
Mijn werkgever in beroepsgerichte ontwikkeling ziet een rol als gids met veel toegevoegde waarde met betrekking tot het faciliteren van medewerkers middels een digitaal portfolio en het voorbereiden van de personeelsadministratie met een voorlichtingsbijeenkomst over de BIG-herregistratie. In de zorg wordt bijna alles geregistreerd en daar wordt luid over geklaagd, maar het biedt ook voordelen. Hoe werkt het eigenlijk als je tijdelijk wordt opgenomen in een zorginstelling? Vaak komt de cliënt uit het ziekenhuis en is dan nog niet in staat om thuis te zijn met hulp of zonder hulp. Dan biedt een zorginstelling tijdelijk de mogelijkheid om even op adem te komen. Na de intake en een bezoek aan het cliëntbureau waar de regels van het huis worden uitgelegd, worden arts, zorgcoördinator, ergotherapeut, fysiotherapeut en de familie efficiënt georganiseerd rondom de cliënt. Tijdens het tweewekelijks multidisciplinair overleg worden cliënt en betrokkenen op de hoogte gebracht van de ontwikkelingen en de vervolgstappen met als doel; zo snel mogelijk terug naar huis.
Hier heb ik ervaren hoe mensen, die tot weinig in staat waren, binnen een aantal weken weer op de been werden geholpen. De relatie tussen verzorger en de cliënt bepaalt de kwaliteit van de zorg maar de ‘verzorger’ is een team en de cliënt wordt op één dag geconfronteerd met soms wel twintig verschillende gezichten, die allemaal iets anders vragen, willen, doen en niet doen! De broodkar brengt ontbijt, een collega verwijdert hagelslag uit bed maar die wast weer geen benen en telt ook geen lakens. Medicijnmanagement is in handen van de verpleging, mollentherapie is boven en buiten wandelen gebeurt in de tuinkamer. Tijdens de lunch in de huiskamer werken cliënten en verzorgers nauw samen en wordt er geoefend in tafeldekken en koffie zetten. ’s Middags komt de ergotherapie die op afstand de woning inspecteert op eventuele toekomstige aanpassings- wensen, daarna is er fitness en moet er buiten worden gewandeld, nu echt.
Eind van de middag wordt in het Grand Café het diner geserveerd met keuze uit verschillende gerechten. Naasten mogen mee-eten en er is voldoende ruimte voor privacy. De huisarts schuift tijdens het hoofdgerecht gemakshalve even aan omdat die ook niet meer weet waar de tijd vandaan te halen om de cliënt aan te moedigen. De band tussen huisarts en cliënt is belangrijk en aandacht en tijd hebben een positieve invloed op het herstel. Ook huisartsen beleven nieuwe tijden. Het gaat om mensen maar technologie en economisch denken doen nu ook mee. Tijdens het nagerecht wordt besproken hoe om te gaan met de terugkeer naar huis en de nodige hulp, want daar wil je natuurlijk niet wéér bijna dood gevonden worden! En dan….is er koffie. Na de koffie ploft de cliënt op bed om nog een paar regels te lezen of tv te kijken. Een vriendelijke verzorger met verstand van techniek installeert handig een leeslampje…
En, dat wordt allemaal geregistreerd! Iedereen wordt er gek van, maar uiteindelijk komt alles bij elkaar in een eindrapport met een gedegen SWOT-analyse (sterkte, zwakte, kansen en bedreigingen) van de cliënt en de do’s en don’ts voor thuis. Thuis wordt er verder gemodderd met een fris team van de thuiszorg die weer veel opschrijven maar ook weleens vergeten te komen. Sowieso staat de thuiszorg niet bekend om vernieuwingsdrang en creativiteit, enkele uitzonderingen daargelaten. Zorginstellingen hebben de gewoonte om te kijken hoe het elders is georganiseerd en dan krijg je al gauw aanbieders met namen als; Samen Zorgen, Beter Thuis Wonen, Helpende Hand en Zorg Thuis met de bijbehorende eenheidsdienstverlening. Een trend die jaren geleden al is ingezet toen ik nog bij de Gouden Gids werkte, destijds graadmeter voor de economie met opkomende rubrieken als thuiszorg en zorgcentra. De rol van pijler voor van alles en nog wat is inmiddels overgenomen door Google. De alwetende zoekmachine ziet een griepgolf nu al sneller aankomen dan een huisarts!
Tijdens mijn onderzoek naar zorginstellingen voor mijn werkgever in beroepsgerichte ontwikkeling heb ik veel jaarverslagen gelezen en dan ontdek je al snel hoe de sector is georganiseerd, uiteraard gestuurd door geld. Een enkele instelling durft nog vast te houden aan een eigen identiteit met namen die troost geven als; Zusters onder de Bogen, Insula Dei (aanraking) en Dochters der Liefde. Er worden té weinig mooie verhalen verteld, verhalen die kleur geven aan de zorg. Op die 17e februari in 2012, na het gesprek met de HR-manager van de zorginstelling in de Betuwe, stap ik in de auto en bericht de radio in één adem de zelfdood van Anil Ramdas en het ongeluk van prins Friso…..Anderhalf jaar later, op 12 augustus 2013, overlijdt Friso.
Hij leefde in de luwte en wilde geen rol spelen in het theater van de staat. Op 16 augustus is hij begraven in de Lage Vuursche, in de ‘achtertuin’ van Drakensteyn waar zijn moeder weer is gaan wonen. Inwoners van de Lage Vuursche konden het condoleanceregister tekenen in dorpshuis De Furs. In dit gebouw had BK (beeldend kunstenaar / ontwerper en echtgenoot Bert Kinderdijk) eind jaren zeventig en begin jaren tachtig een aantal groepstentoonstellingen. In de Gooi en Eembode schreef kunstcriticus Jan P. Koenraads destijds; ‘De sterkste figuur in dit gezelschap is m.i. Bert Kinderdijk met zijn perfect doorwerkte en gedetailleerde moderne realisme. Zijn aan de waslijn opgehangen spijkerbroek is een reële waarneming, ‘Vertrek’ een uiterst gevoelig sfeerbeeld en twee eitjes op een kussen een indringende impressie van aspecten als zachtheid en tere breekbaarheid’.
Friso is in stilte begraven. De familie had er allerlei redenen voor om er geen publieke show van te maken. Friso was een Oranje voor de familie maar hij schuwde de publiciteit. ‘Hij was altijd volstrekt oprecht’, zei dominee Carel ter Linden. Het huwelijk en de komst van twee dochters veranderde hem écht…..In de zorg zijn integriteit en oprechtheid belangrijke kernwaarden maar de zorgsector verkeert intussen in een droomloze slaap. Niemand durft belangrijke beslissingen te nemen die de zorgconsumptie afremmen. Er valt nog een wereld te winnen.
Van kunst en lezen word je beter en goede verhalen werken als medicijn. Will Schwalbe beschrijft dit balanceren tussen leven en dood in zijn boek; De leesclub voor het einde van je leven, hij vertelt hierin hoe hij samen met zijn zieke moeder een leesclub oprichtte voor twee personen. Zijn moeder klampte zich nog vast aan het leven en probeerde zo lang mogelijk alles te blijven doen zoals ze dat gewend was. Lezen leidde haar gedachten af en gaf haar verstrooiing tijdens de bezoeken aan het ziekenhuis. Kunst stelt je in staat meer dan één leven te leven en het scheppen van een illusie is onlosmakelijk verbonden met kunst. Die speurtocht is toch altijd de moeite waard?
afb: Schilderij Modern realisme, Bert Kinderdijk | Collectie Gemeente Soest, en Het vertrek, Bert Kinderdijk BK | Particuliere collectie
Schilderij Ode aan de broek Bert Kinderdijk collectie Gemeente Soest en Het vertrek Bert Kinderdijk BK Particuliere collectie
gepubliceerd in 2013
Horen zien en linken
Overzicht